SV | Te Jeruzalem dan woonden [sommigen] van de kinderen van Juda, en van de kinderen van Benjamin. Van de kinderen van Juda: Athaja, de zoon van Uzzia, den zoon van Zacharja, den zoon van Amarja, den zoon van Sefatja, den zoon van Mahalaleel, van de kinderen van Perez; |
WLC | וּבִֽירוּשָׁלִַ֙ם֙ יָֽשְׁב֔וּ מִבְּנֵ֥י יְהוּדָ֖ה וּמִבְּנֵ֣י בִנְיָמִ֑ן מִבְּנֵ֣י יְ֠הוּדָה עֲתָיָ֨ה בֶן־עֻזִּיָּ֜ה בֶּן־זְכַרְיָ֧ה בֶן־אֲמַרְיָ֛ה בֶּן־שְׁפַטְיָ֥ה בֶן־מַהֲלַלְאֵ֖ל מִבְּנֵי־פָֽרֶץ׃ |
Trans. | ûḇîrûšālaim yāšəḇû mibənê yəhûḏâ ûmibənê ḇinəyāmin mibənê yəhûḏâ ‘ăṯāyâ ḇen-‘uzzîyâ ben-zəḵarəyâ ḇen-’ămarəyâ ben-šəfaṭəyâ ḇen-mahălalə’ēl mibənê-fāreṣ: |
Te Jeruzalem dan woonden [sommigen] van de kinderen van Juda, en van de kinderen van Benjamin. Van de kinderen van Juda: Athaja, de zoon van Uzzia, den zoon van Zacharja, den zoon van Amarja, den zoon van Sefatja, den zoon van Mahalaleel, van de kinderen van Perez;
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Te Jeruzalem dan woonden [sommigen] van de kinderen van Juda, en van de kinderen van Benjamin. Van de kinderen van Juda: Athaja, de zoon van Uzzia, den zoon van Zacharja, den zoon van Amarja, den zoon van Sefatja, den zoon van Mahalaleel, van de kinderen van Perez;
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!